Een rondleiding in Vivenkapelle "De Hulsthaegen"

In het midden van de veertiende eeuw laat een steenrijk Brugs koopman, Hendric Braderic, in de heerlijkheid van Viven (ven= vochtig weiland, vi = veen) een stenen kapel bouwen om er af en toe de mis op te dragen ter ere van Maria.

Tijdens de Beeldenstorm wordt de kapel door de geuzen vernield, maar later terug hersteld.

Tijdens de Franse bezetting wordt de kapel samen met de inboedel openbaar verkocht. Nadien blijft ze tientallen jaren verkommerd achter en wordt als schuur gebruikt.

1828: De kapel wordt in ere hersteld.

Philippus Verhulst, één van de toenmalige schepenen van Brugge, had hier even verderop een buitenverblijf. Hij laat de kapel in ere herstellen en zorgt ervoor dat hier opnieuw een mis gelezen kan worden.

Bij de familie Verhulst (vader Philippus en dochters Coralie en Elisa) groeit stilaan het idee om te Vivenkapelle naar Engels model, een soort middeleeuws kerkdorp in neogotische stijl te laten bouwen. Ze spreken hierover architecten De Bethune en Vandepoele aan (beiden kennissen van de familie Verhulst).

De Bethune, een groot promotor van de neogotiek in Vlaanderen krijgt hier carte blanche om al zijn ideeën tot in het kleinste detail uit te werken. Met het privé-vermogen van de familie Verhulst bouwt men tussen 1860 en 1870 achtereenvolgens een kerk (bovenop de middeleeuwse kapel), een pastorie, een broederklooster en een zusterklooster. Samen vormen zij het meest zuivere voorbeeld van neogotiek dat ooit werd gebouwd.

Het zusterklooster werd ontworpen door Vandepoele, een goede kennis van de Bethune. Rond 1870 kwamen hier vijf zusters van de onbevlekte ontvangenis hun intrek nemen. Ze zouden 100 jaar lang een grote rol spelen in de geschiedenis van onze parochie: naast het verzorgen van zieke vrouwen, het inrichten van processies en het onderhouden van de kerk waren zij van grote betekenis voor het onderwijs. De meisjesschool telde algauw een 130-tal leerlingen (ook de broederschool even verderop kende met hun jongensschool hetzelfde succes) en er was ook nog een zondagsschool voor een 100-tal meisjes. De parochie mocht later hun grote zaal als feest- en toneelzaal gebruiken.

Begin de jaren 70 verlaten de laatste drie zusters het klooster (naar Heist).

Ook de broeders waren ondertussen weg uit Vivenkapelle en de school werd gemengd. We werden een afdeling van het Onze-Lieve-Vrouwecollege uit Assebroek (Viven was toen nog Sint-Kruis) en wegens plaatsgebrek moest een kleuterpaviljoen worden bijgebouwd.

Het zusterklooster nu.

Het gebouw dat ondertussen eigendom werd van een stichting, die zelf niet over voldoende financies beschikte, kwam na jarenlange juridische procedures in handen van de stad Damme. In 1997 werd het vervallen zusterklooster gerestaureerd en de school kon het volledige klooster inpalmen.

We nodigen u dan ook graag uit om eens een kijkje te komen nemen. U wordt er met een warm hart ontvangen door de directie, de leerkrachten en de dolenthousiaste kinderen.